Tijdens het Paradisodebat op zondag 28 augustus jl. stelde een waaier aan prominente vertegenwoordigers uit het culturele en creatieve veld prikkelende vragen aan de aanwezige politici. In de komende weken lichten we er een paar uit. Deze week bekijken we de vraag van Tessa Cramer:
De vraag die mij als futurist het meeste wordt gesteld: hoe kan ik omgaan met de moedeloosheid ik voel als ik aan de toekomst denk?
Laten we wel wezen, als je het nieuws kijkt kan de moed je in de schoenen zakken. Dat overviel mij deze week in ieder geval ook. Maar ondanks de hitte, de dreiging, de onrust: ik ben ervan overtuigd: er is hoop. We hebben onze verbeeldingskracht nog.
Ik ben Tessa Cramer, een futurist. Nu zou je denken dat ik vooral met de toekomst bezig ben. Maar niets is minder waar. Ik doe als wetenschapper systematisch onderzoek naar de toekomst om besluitvorming in het heden te informeren. Het is aan jou welke keuze je vervolgens maakt. Je kiest zelf welke toekomst je vormt. Ik werk veel samen met kunstenaars en creatieven. Zij zetten me vaak op een nieuw been en helpen mij de wereld zien met nieuwe ogen. En die verbeelding is broodnodig, als medicijn tegen die moedeloosheid die zoveel mensen ervaren.
Vandaag stel ik een ogenschijnlijk simpele vraag, en dat doe ik meteen, zodat jullie alvast kunnen nadenken over het antwoord: wat doet ertoe?
Eisenhouwer, oud-president, maakte een mooi onderscheid tussen urgente en belangrijke zaken. Alles wat urgent is, is niet belangrijk en alles wat belangrijk is, is niet urgent. Dat klinkt vanzelfsprekend maar als ik kijk naar mijn week zag ik dat mijn leven vooral ingericht is op ad hoc urgente taken voor de korte termijn: mijn agenda zit vol met dingen die er niet echt toe doen. Telefoontjes, meetings, administratie. En ik zie om mij heen dat ik niet de enige ben. Dit is wat niet alleen individueel gebeurt, maar ook maatschappelijk. We zijn collectief afgeleid, don’t look up. En dat is bijvoorbeeld te merken aan de ‘wie zei wat’ cultuur met zeer korte cycli van maximaal 4 jaar vooruitkijken. De diverse maatschappelijke crises zijn daar een direct gevolg van: stikstof, verbeeldingscrisis, klimaatcrisis, woningcrisis, asielopvangcrisis.
Ik vraag me af: hoe houden we de focus op wat er werkelijk toe doet?
Deze vraag kan uitnodigen tot een verdeeld, politiek debat. Voor mij doet x ertoe en voor jou y. Maar, dat zou de makkelijke route zijn. Ik wil jullie uitnodigen om vandaag op zoek te gaan naar gezamenlijkheid, de bodem waar we allemaal op staan.
Het denken in polen, het een of het ander, is zo wijdverbreid en het 1 op 1 zichtbaar wordt in hoe we toekomsten verbeelden: van de utopie, het droombeeld slingeren we naar de distopie, het schrikbeeld. Ik kan me nog menig sciencefictionfilm herinneren waar ik met angst en beven keek hoe een vloedgolf New York vermorzeld of hoe de samenleving in klassen is verdeeld die tegen elkaar moeten strijden om het hoofd boven water te houden. Echter: ik sliep er daarna gek genoeg geen minuut minder om. Het was te ver van mijn bed. Tot ik Blackmirror ging kijken op Netflix. Ik werd zo ongemakkelijk. Dat zette me aan het denken. Hoe kan dat? De toekomst was een uitvergroting van nu, review cultuur die mensen kapot maakt, het gebrek aan privacy, of aan natuur etc. Daardoor realiseerde ik me: we mogen het grijze gebied in de toekomst eren. Het is makkelijk om te denken in polen en veel moeilijker te denken in dat ongemakkelijke grijze gebied daartussen.
Ik nodig jullie hierbij uit om het experiment aan te gaan: laten we kijken of het lukt om die lange termijn vandaag in het achterhoofd te houden, ondanks de hitte, de dreiging, de onrust: ik blijf erbij, er is hoop en mogelijkheid om samen te focussen op wat ertoe doet.
Tessa Cramer, futurist en lector bij de Fontys Hogeschool voor de Kunsten