In 1992 hadden we nog geen internet, laat staan social media. Kunstenaars werden niet beschouwd als ondernemers en de creatieve klasse wist van zichzelf nog niet dat ze op het punt stond het stedelijk leven voorgoed te veranderen. De Raad voor Cultuur was een idee in embryonaal stadium. Rem Koolhaas had nog geen Pritzker Prize op zijn schoorsteenmantel staan en Theo van Gogh en Pim Fortuyn leefden nog. Groot-Brittannië was gewoon lid van de EU.
In dat jaar werd Kunsten ’92 opgericht. Een kwart eeuw later bestaat de belangenvereniging nog steeds en is het doel hetzelfde als toen: een zo groot mogelijk draagvlak creëren voor kunst, cultuur en erfgoed. En dat is geen overbodige luxe, zo hebben we de afgelopen paar jaar gemerkt. Als Kunsten ‘92 niet al in 1992 was opgericht, dan zou het nu alsnog moeten gebeuren.
In deze publicatie ter ere van het 25-jarig jubileum van Kunsten ’92 is de blik vooral gericht op die toekomst – maar niet zonder de kennis van het verleden erbij te betrekken. Met artikelen door Cas Smithuijsen, Anita Twaalfhoven, Edo Dijksterhuis, Jaïr Tchong en Robbert van Heuven.