Eerst lezing Rijksbegroting 2011
In de op Prinsjesdag gepresenteerde Rijksbegroting is er voor 11 miljoen aan incidentele bezuinigingen opgenomen. Meest in het oog springend is het beperken van de matchingsregeling tot 5 miljoen over 2011, de helft van het budget dat beschikbaar gesteld zou worden om instellingen te belonen meer eigen inkomsten te verwerven.
Voor de jaren 2012-2013 staat vooralsnog wel 10 miljoen voor de matchingsregeling opgenomen. De innovatieregeling, die ook onderdeel uitmaakt van het programma Cultuurprofijt vindt in 2011 geen doorgang waarmee 3 miljoen wordt bespaard. Tegelijkertijd blijkt uit de indicatoren dat een kleiner deel van de instellingen in de Basisinfrastructuur de eigen inkomstennorm haalt. Waar dit over de periode 2005-2008 nog 85% van de instelingen was, is dit over 2009 teruggelopen tot 76%. De programma’s Cultuur & Economie en Cultuur & ICT worden voor een bedrag van 2 miljoen opgeschort. Ten slotte wordt er 1 miljoen gekort op projectsubsidies en 1-jarige instellingssubsidies. Hiermee wordt er een bedrag van 11 miljoen bezuinigd. Naast de bezuinigingen wordt er een bedrag van 7 miljoen uit de begroting 2010 ingezet voor 2011. Het betreft een bedrag van 3 miljoen dat bedoeld was voor incidentele subsidies en een vrijval van 4 miljoen door de vertraging die de planvorming en bouw van het Nationaal Historisch Museum heeft opgelopen. Over 2010 liepen culturele instellingen overigens al een bedrag mis van 27.3 miljoen euro door het niet uitkeren van de loon- en prijscompensatie over dat jaar.