HOE BENUT IK DE KRACHT VAN DE REGIO?
Deelnemende wethouder: Hans Broekhuizen (Heerenveen)
Moderator: Ruben Maes (Bureau @Maes)
Organisatoren: Kunsten ’92 en diverse culturele organisaties
Speciale vermelding: Verkenning Raad voor Cultuur en reacties uit het veld en van IPO/VNG
Verslag: Maike van Warmerdam (Bureau &Maes)
Twee deelvragen staan centraal in deze sessie:
- Is er een goede afstemming tussen stad en regio? Welke rollen worden door wie gespeeld?
- Hoe maak je gebruik van de kracht van de regio? Hoe kun je het goed organiseren?
Waarom bent u bij deze sessie gekomen?
- Op zoek naar goede voorbeelden en valkuilen in regionale afstemming.
- Hoe kan de gemeente hierin faciliteren?
- Vanuit de financiering en regelgeving is meer ruimte voor verschil nodig: ongelijke gevallen niet gelijk behandelen.
- Hoe kan de eigenheid van de stad/regio optimaal worden ingezet?
Waarom regionale samenwerking?
Samenwerking en bundeling voorzieningen is op zich geen nieuwe discussie. Waar komt de maatschappelijke urgentie vandaan dat het nu weer centraal staat in de discussie?
- Heel erg top down gevoel bij de urgentie, terwijl cultuur juist van onderop moet beginnen. Cultuurbeleid dat zich fijnmazig vormt vorm vanuit de haarvaten van de samenleving.
- Regio is flexibel begrip: in verschillende settingen ontstaan er verschillende regio’s. (Gemeente-)grensoverschrijdende regio’s niet uit de weg gaan.
Jeroen Bartelse
- Raad van Cultuur (RvC) is op zoek gegaan naar die fijnmazigheid, als voorwerk voor een nieuwe structuur.
- Binnen de huidige structuur liepen we tegen grenzen aan, culturele instellingen werden niet gelijk gewaardeerd. Zoektocht RvC is naar mogelijkheden om daar meer rekening mee te houden. De discussie rond cultuur is ook altijd een discussie over geld.
- We hebben gekeken naar hoe de verschillende lagen zich tot elkaar verhouden, waar de energie zit en hoe daar recht aan kan worden gedaan. Het advies is een voorzet om de discussie te voeren hoe de beschikbare middelen op een andere manier kunnen worden verdeeld.
Welke rol wordt verwacht van de centrale overheid?
De kracht (en ambitie) van de regio is enorm toegenomen, samenwerkingen niet alleen met overheden, instellingen maar vooral ook met makers. Welke rol (taken en verantwoordelijkheden) moet de centrale overheid spelen om dit optimaal te faciliteren? Of anders gesteld: doet het kader dat RvC voorstelt recht doet aan de diversiteit en flexibiliteit die regionaal nodig is?
- Er zijn al veel goede voorbeelden tot stand gekomen binnen de huidige structuur (of ondanks de huidige structuur): de samenwerking binnen de noordelijke regio, de totstandkoming van Leeuwarden-Fryslân Culturele Hoofdstad 2018. De dynamiek voor samenwerking zit in de regio’s.
- De roep om de inhoud leidend te laten zijn is groot. Samenwerking moet niet alleen geïnitieerd worden om middelen zeker te stellen. De motivatie moet intrinsiek zijn, wil er echt iets blijvends tot stand gebracht worden.
- Cultuur was in de maatschappelijke opgaven altijd een ondergeschoven kindje. De erkenning voor de grote maatschappelijk bijdrage die cultuur levert op alle domeinen, waaronder de primaire aandachtsgebieden zoals veiligheid en zorg, is aanzienlijk gegroeid, naast de erkenning van het belang van op zichzelf staande cultuur.
Hoe kunnen we ervoor zorgen dat regio’s ontstaan en bloeien, niet uit schaarste, maar uit rijkdom?
- Er is zorg over de focus op de regionale samenwerking: het brede perspectief op kunst en cultuur moet hierbij niet uit het oog worden verloren.
- De discussie kan alleen worden gevoerd als de makers betrokken zijn bij de discussie.
- Mensen weten elkaar wel te vinden, maar om het te kunnen borgen zijn ook middelen nodig, dat (b)lijkt toch een basisbehoefte.
- Wil je de energie in de regio’s handhaven, dan is maatwerk nodig.
- De centrale overheid moet lokale behoefte faciliteren: ruimte geven en overdragen aan makers en artistieke en maatschappelijke wensen centraal stellen. ‘Van maakdwang naar maakbehoefte’.
Op weg naar de bloeiende regio?
Suggesties aan wethouder Broekhuizen:
- Zorg voor een meerjarenperspectief;
- Neem de makers als uitgangspunt;
- Garandeer makers een werkplek en (start)inkomen;
- Werk aan zichtbaarheid in de regio;
- Zet in op verbindingen, ook en met name met individuen (voorbeeld Leeuwarden-Fryslân 2018);
- Faciliteer de samenwerking en stel budget beschikbaar (mini culturele steden, jaarlijks);
- Voer de dialoog blijvend en ga uit van co-creatie.
- Ontkoker het ambtelijk apparaat.